blog

Wat is windhondenrennen?

Windhondenrennen

Een windhond kan vanaf 18 maanden internationaal windhondenrenwedstrijden rennen. Dit gebeurt meestal op een ovale renbaan van 280, 350 of 475 meter.
Hoe vaak de honden op een dag rennen is verschillend. Bij een training is dit 1 á 2 keer. Op een wedstrijd rennen de honden allemaal de serie (1e ronde) en als ze goed genoeg zijn, ook de halve-finale en de finale (behalve Greyhounds, deze hebben geen halve-finale). Zijn ze niet goed genoeg voor de finale, kunnen ze een herkansing lopen. Als honden in die herkansing goed lopen kunnen ze alsnog in de (halve-)finale komen. Het ligt er dus aan hoe goed de hond rent.
De honden dragen rendekjes met nummers er op tijdens het rennen. Die dekjes hebben de zelfde kleuren als de starthokken (Rood 1, Blauw 2, Wit 3, Zwart 4, Geel 5, Zwart-Wit 6). Ze dragen ook nog een muilkorf zodat ze in hun fanatisme andere honden geen pijn kunnen doen.
Er rennen per ronde maximaal 6 honden. Dit is altijd maar één ras. Het gebeurt dus nooit dat bijvoorbeeld de Whippets tegen de Saluki’s rennen. Er wordt meestal onderscheid gemaakt tussen reuen en teven.

De renbaan

Er zijn zo’n 10 renbanen in Nederland, en 3 in België. De renbaan is een ronde of ovaalvormige baan. Dat kan van gras of met zand zijn. Eerst komen de honden uit het starthok. Dan rennen ze 3 of 4 bochten (ligt aan de afstand en de baan) en komen ze in “de zandbak” terecht. Dat is een zandvlakte van een paar vierkante meter waar de baasjes de honden ophalen.
De honden rennen altijd achter een nep-vel. Dat is meestal wit plastic of wat wol. Zodra de starter een sein geef, zorgt de draaier dat het vel rondgaat. Als “het vel” begint te bewegen doet de starter het hok open en rennen de honden er achter aan.
De tijd wordt gemeten vanaf het moment dat de deuren van het starthok opengaan, tot het moment dat de honden over de finishlijn rennen.
De hond die als eerste over de finish komt heeft gewonnen. Voordat een windhond op de renbaan mag rennen moet de hond een goed-rondverklaring krijgen. Na een paar keer trainen moet de hond met nog 3 andere honden rennen. Dit moet lukken zonder te storen (andere honden hinderen). De training moet dan wel onder toezicht zijn van de daarvoor aangewezen perso(o)n(en). De hond moet een stamboom hebben. Hierna kan een rencertificaat aangevraagd worden, zodat een hond mag rennen.
Bij wedstrijden heb je een A en een B klasse. De hond begint altijd in de B klasse. Per wedstrijd krijg je promotiepunten. De hoeveelheid van die punten ligt er aan hoe je hond eindigt in de finale. Bij Whippets is er ook nog een C klasse (de laagste klasse.)

Trainingen

Als je hond geen stamboom heeft mag je niet deelnemen aan wedstrijden. Trainen op de renbaan mag daarentegen wél. Zo zie je op een trainingsdag vaak verschillende soorten honden: van jonge windhonden tot windhonden kruisingen en van Ridgebacks tot Beagles.

Prijs

In Nederland en België verdien je, in tegenstelling tot wat veel mensen denken, niet veel geld met rennen. Als je eerste wordt krijg je meestal maar het dubbele van het inschrijf geld (inschrijfgeld ligt ongeveer tussen de 7-12 euro). Meestal krijg je daar dan een bosje bloemen bij. Bij een speciale wedstrijd kan het zijn dat de winnaar een beker of een eredekje krijgt. Wedden gebeurt niet. Dit is in Nederland en België verboden.

Waarom?

De hond is helemaal in zijn element en kan al zijn energie kwijt. Ook als een hond bijvoorbeeld niet los kan lopen, vanwege zijn jachtpassie is dit misschien een oplossing. Af en toe een ronde op de renbaan waarbij de hond zijn energie kwijt kan zal deze op prijs stellen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *